A.TGG 2

en als verblijf van de Britse kapitein Alexander Cavailé Mercer tijdens de Waterloo-campagne gediend hebben. In de twintigste eeuw werd het gebouw als vergader- en caféruimte gebruikt door de lokale toneelkring, die de wijdse achterbouw met een gietijzeren spantenstructuur als theaterzaal inrichtte. Later werd het pand tot een woning en de achterbouw tot een handelszaak omgevormd—meest recentelijk de tuin- en bloemenzaak ‘t Groene Genoegen.

De verbouwing omvat twee delen. Achteraan wordt een woning opgericht binnen de enveloppe van de achterbouw met behoud van authentieke elementen (zie project A.TGG). Het huis aan de straat wordt afgebroken en door een nieuwbouw kantoor- en appartementenblok vervangen. De organisatie is helder opgebouwd. Aan één kant biedt de onderdoorgang toegang tot het kantoor en de beglaasde vergaderruimte, van waaruit een draaitrap naar het landschapskantoor op de eerste verdieping vertrekt. Aan de andere kant ligt de trappenhal naar de appartementen op het tweede en derde niveau. Ruime inpandige terrassen geven uit op de leef- en eetruimtes van de appartementen respectievelijk op het landschapskantoor. De resterende verhouding van de gevel sluit aan bij die van een klassieke burgerwoning. De ramen spelen een subtiel spel met reliëf en detaillering—sommige zijn achter de slag geplaatst, anderen liggen (al dan niet deels) gelijk met het gevelvlak.

Het gebouw wordt hoofdzakelijk gekenmerkt door witte baksteen en dito ramen en detaillering. Een stalen draaitrap en een kitchenette in lichtblauw zorgen voor een kleuraccent in het kantoor, en combineren met een parket in parallel. De traphal van de appartementen voorziet in een trap in wit beton, een draagstructuur en balustrade in groen staal en blanke houten deuren.